Liever het verslag in pdf te lezen? >>>
Voetreis van Woudenberg naar Jeruzalem – Israël
Turkije
15 september t/m 5 oktober 2008
Maandag 15 september
Mijn tweede deel van mijn reis door Turkije ga ik wandelen met mijn broer Nico. Zijn vrouw Ria brengt ons naar het station in Amersfoort. Met de trein naar Schiphol. Dan naar Konia via Istanbul.
In Istanbul moeten we 4 uur wachten. Nico stelt voor om even wat buitenlucht te happen. Maar … we moeten weer helemaal opnieuw inchecken. De douane vertrouwt het niet. Nico moet zich geheel uitkleden tot op zijn bilnaad toe. Prachtig gezicht … voor mij.
We hebben een voortreffelijke reis gehad. Het is nu bijna 12 uur en gaan slapen. Morgenochtend nemen we eerst tijd om de rugzak goed te ordenen en in te pakken. We willen om 07.00 uur opstaan; om 08.00 uur ontbijten, en om 09.00 uur vertrekken.
Dinsdag 16 september
De zon staat hoog aan de hemel. Wolkenloos. Temperatuur is 33-34 graden. We moeten wennen hoor. In Nederland is het de helft koeler.
Voordat we Konia uit zijn moeten we wel 10 km lopen. Eenmaal eruit liggen de dorpjes vele kilometers uit elkaar. Niet te bewandelen. Gelukkig krijgen we twee keer een lift aangeboden.
Vanuit Korukkay is het 12 km lopen naar Cumra. Geen enkel plaatsje ertussen.
Enorme landbouwgebieden en heel heet. Onderweg krijgen we nog een lift aangeboden van Mustafa. Hij rijdt een stuk om om ons naar een eethuisje te brengen. Hij keert om en verdwijnt nadat we hem bedankt hebben. Het eethuisje blijkt gesloten!
Paulus heeft de route al eens gelopen die ik nu in tegengestelde richting loop. Van Damascus via Tarsus, Adana, Silifke, Konia en zo verder naar het westen van Turkije.
Woensdag 17 september
Gisterenavond deed ik een ontstellende ontdekking: het is ramadan! Geen aanbod voor thee, drank, eten en overnachtingen. Dit betekent dat ik voorlopig aangewezen ben op restaurants en hotels, terwijl juist mijn contact met de bevolking zo boeiend is.
Mogelijk moet ik mijn planning veranderen. Eerst nog maar eens goede informatie opvragen over de ramadan. De turken zeggen ramazan.
In Cumra uitgebreid en lekker gegeten: kosten 15 liras voor 2 personen.
We komen in contact met een turk die 8 jaar in Amsterdam heeft gewerkt. Kleermaker was en dat is hij nu nog steeds. Heeft een leuk winkeltje hier in Cumra. Een maatkostuum kost hier 160,– In Amsterdam op het Rokin 500 tot 600,– zegt ie.
Vandaag met de bus van Cumra naar Karaman. Er wonen 200.000 mensen in deze stad. We verblijven in het centrum in een hotel. We verkennen de tocht voor morgen richting Derekoy. Voor vanavond kopen we een biertje en een flesje raki. Dat is alleen te koop in kleine speciale winkeltjes.
De ramadan (ramazan) legt de gehele horeca aan banden. Geen thee in de theehuizen en parken – niemand biedt meer thee aan. Ook geen aanbod bij iemand thuis te eten. De ramadan loopt van 05.00 uur ‘s morgens (zonsopgang) tot 19.00 uur ‘s avonds (zonsondergang).
Iemand ontmoet die in Nederland woont en speciaal naar Turkije komt voor de ramadan. Loopt nog tot eind september. Ook elk jaar weer een maand verder. Dus volgend jaar is de ramadan in oktober.
Donderdag 18 september
We willen vandaag via kleine weggetjes van Karaman naar Mut. We komen in de woestijn terecht. Dorpjes liggen kilometers uit elkaar. Geen richtingaanwijzers.
Een Turk met vrouw en zoontje in de auto adviseert om in deze hitte niet verder te gaan. Hij zet ons weer op de route terug naar Karaman. Het is een prachtige maar spannende ervaring om in een totale woestenij terecht te komen; en er ook weer uit.
Ook op de kaart is te zien dat we voorlopig in de woestijn blijven.
Gisterenavond het raam opengezet. Veel muggen binnen. Er was geen hor maar het was stikkend heet.
De hele nacht zo’n beetje bezig geweest om verkoeling te zoeken en de muggen te pletten. Vandaag hebben we een goed hotel gevonden. Met hor maar geen airco.
Ik heb een plan opgezet zodat Nico nog drie dagen langs de zee kan lopen. Eerst dus nog door de woestijn. Een lastig stuk. Ik zorg ervoor dat we zondag in Silifke zullen zijn.
Tijdens mijn gehele wandeling door Turkije heb ik steeds gezocht naar de Turken die in Nederland wonen en werken. Nou heb ik ze gevonden.
Ze komen uit Karaman. Ik heb er vele gesproken. In juli en augustus is het hier toptijd.
Huwelijken. Het is in deze maanden een industrie geworden. Honderden zijn er ook dit jaar weer getrouwd, vertelde een 65 jarige Turk die 30 jaar in Nederland werkte bij de N.S. als treindienst-leider. Heeft hier een eigen huis en was hier vier maanden op vakantie. Gaat weer terug naar Nederland omdat zijn drie kinderen er wonen en werken.
Vrijdag 19 september
We gaan op weg naar Mut. Op advies van Herman Post nemen we de bus. We lopen de stad uit naar de Otogar. Onderweg in de hoofdstraat 8 apothekers op een afstand van 100 meter!
Op de Otogar is er geen koffie (Nescafé). Ramadan!
Honderd meter verderop wel: een klein restaurantje geheel in het groene gras en met veel bomen. Het is een oase in deze hitte. Hiervandaan kijk ik op de bergen van het Taurusgebergte. Eén en al dorheid. Met deze hitte en geen regen kan er ook helemaal niks bloeien.
De reis van Karaman naar Mut met de bus is prachtig. Dwars door het Taurusgebergte dat een uitloper is van het Himalaja-gebergte. Woestijnachtig gebied, enorme rotspartijen, angstvallig diepe ravijnen.
‘s Middags maken we een wandeling naar Gedik. Een plaatsje 7,5 kilometer van Mut.
Op de terugweg politiecontrole. Eén baas, een chauffeur en twee jonge jongens met geweren in de aanslag. Pierre van Hooidonk, een voetballer bij Galatasaray, is erg bekend hier en dus ook bij de politie. Niks aan de hand.
Zaterdag 20 september
Gisterenavond nog door Mut gelopen. Vieze stad, stoffig, overal vuil langs en op de straten, katten en honden (wel vijf bij elkaar) trekken de vuilniszakken kapot en vreten van de inhoud.
Oude gebouwen. oude (vracht-) auto’s, oude huizen al zie ik er hier en daar ook wel een mooie. Wat bezielt deze mensen?
Het was broeierig vannacht. De airco aangezet. Die blies de koude lucht door de kamer op onze bedden. Bedden verplaatst. Gehele verhuizing natuurlijk.
Het water was afgezet. het was een simpel hotelletje van 35 liras (ongeveer € 22,–), maar erg simpel. Op de vloer aangestreken metselspecie. Niet echt gezellig. Goed geslapen!
Met de bus naar Silifke. Bijna de gehele route langs de rivier de Göksu gereden. Nu een heel klein rustig riviertje. Maar ‘s winters aanzwellend tot een wilde onstuimige rivier die tussen de rotsen door naar zee loopt. Het water komt van het Taurusgebergte.
In deze omgeving zie ik vooral oudere mannen met een zeer ruim zittende broek, zeer laag in het kruis en elastiek bij de enkels. Een soort ouderwetse pofbroek.
In Silifke moesten we eerst de weg zoeken richting Mersin. We wilden op de secundaire weg lopen. Een uur bezig geweest, maar het lukte niet. Een Dolmus (minibus) bracht uitkomst.
Het is zaterdagavond en we verwennen ons in een luxueus hotel. Prijs 100 liras. Uitzicht op zee. Lekker pilsje pakken en vanavond lekker eten in een restaurant aan de baai aan de Middellandse Zee. Het is een hemelsbreed verschil met gisteren. Het is een oase hier.
Zondag 21 september
Vannacht in hotel Calamir geslapen in Narlikuyu, een prachtig oud vissersplaatsje. Even verderop ligt een burcht in de zee, zo’n 200 meter uit de kust. Gebouwd in de 12e eeuw. Zou gebouwd zijn ter beschermer tegen een slangenbeet. Het heet Kizkalesi = ‘Meisjesburcht’.
Slechts enkele toeristen aan het ontbijt. Je kunt zien dat het seizoen aan haar einde begint.
We ontmoeten een echtpaar uit Syrië. Ze waren al vaak in Nederland geweest. We wisselen informatie uit.
Voor mij van belang voor mijn tocht volgend jaar door Syrië.
We komen om 16.30 uur aan in een kleine stad vlak ten zuiden van Erdemli. Er is geen hotel. Het duurt een uur en zes mensen voordat we een slaapplek hebben. Een appartement voor 5 personen.
Vandaag viel voor mij de eerste regen in Turkije. Zak om de tas en de poncho op. Maar dat is veel te warm. We raken drijfnat van het eigen zweet. De poncho maar weer uitgedaan! Het was 28 graden.
Opnieuw gooit de ramadan roet in het eten. De verhuurder van ons appartement moet met zijn familie eten, anders had hij met ons gegeten. Een erg aardige man. 10 jaar Duitsland!
Maandag 22 september
Gisterenavond gingen we warm eten in het enige restaurantje in het dorp. Onweersbui. De regen komt op diverse plaatsen door het dak. Tenslotte zitten we ergens in een hoek met het bord op schoot.
‘s Avonds een potje hartenjagen. 22.30 uur licht-uitval. Daar schrokken we van want dat is bij ons ondenkbaar. Om 23.00 hersteld. Vannacht nog twee keer uitgevallen.
We moeten voor het eigen ontbijt zorgen. Nico wil een stevig ontbijt. Inkopen doen met het woordenboek in de hand. Vier eitjes, brood, melk, kaas, koek, boter, suiker. Alles bij een klein kruideniertje.
De hele familie werd ingeschakeld.
Onderweg moest het dan toch gebeuren. Nico de Middellandse Zee in. Ik later ook. Klein strandje met veel stenen.
We hadden al ruim 30 kilometer gelopen toen we op zoek gingen naar een slaapplek.
Tot twee keer toe werd ons er één gewezen na 2 of 3 kilometer. Nooit gevonden.
In het theehuis werd er geholpen. Een Dolmus werd aangehouden en geïnstrueerd.
We komen 20 kilometer verderop aan in Mersin!!
Plannen weer bijstellen want Nico wil donderdag reizen om vrijdag per vliegtuig te vertrekken uit Adana.
Dinsdag 23 september
Nico is uitvoerder bij het bouwbedrijf Heymans. Dagelijks word ik bijgepraat over de gevaren die werknemers lopen in de bouw. Van een Arbo-wet hebben ze hier nog niet gehoord.
Gisterenavond op de Otogar in Mersin. Wel 200 mannen zitten te wachten totdat via de televisie gemeld wordt dat er gegeten mag worden. Het was 18.47 uur toen er gegeten mocht gaan worden. De ramadan schrijft het zo voor.
De soep en de kippenpootjes waren allang koud geworden. We worden uitgenodigd om mee te doen. Wij gaan echt warm eten.
Vanochtend aan de diaree. Onmiddellijk OSR (geneesmiddel) ingenomen en rustig aan gedaan.
Met de bus naar Tarsus. Omdat we gisteren en eergisteren 30 kilometer per dag hadden gelopen zouden we een ‘gemakkelijke’ dag nemen. Dit was nu dus een ‘verplichte gemakkelijke’ dag.
Woensdag 24 september
Tarsus. Nico wil nog wat kilometers maken voordat hij gaat reizen. Gaat het Taurusgebergte in. Ik wil wat historisch cultureels opdoen van Tarsus.
Mooie, rijke stad. 300.000 inwoners. Veel opgravingen, vel standbeelden van vroegere regenten. Niet van Atatürk. De opgravingen liggen 6 meter onder het huidige niveau van de stad.
St. Pauls bron (St. Paulus Kuyusu). De plaats waar de Heilige Paulus geboren en getogen is. Hij was gen apostel van Christus, maar hij wordt wel de Heilige Apostel Paulus genoemd. Omdat hij zoveel voor het christendom heeft betekend.
Ik bezocht ook de St Paulus Killiseri (kerk). De enige overgebleven kerk in Tarsus. Is uit de 19e eeuw.
We zien veel manke, kreupele, scheefgegroeide mensen. Al dan niet met krukken. Naar onze begrippen zijn deze mensen medisch niet goed behandeld.
Wat ook opvalt hier is dat men, voor de toeristen, geen problemen heeft met de ramadan. We kunnen drank en thee volop krijgen maar we moeten er wel voor betalen. Aangeboden wordt er nauwelijks wat.
Donderdag 25 september
We vertrekken vanuit Tarsus naar Adana. Nico vertrekt morgenochtend. We hebben een hotel op 5 taxi-minuten afstand van het vliegveld Adana Sakirpasa Havaalani.
We vragen informatie bij de Tourist Informatie (VVV). We worden verwend met info. Niet alleen van Adana maar van geheel Turkije. Voor onze volgende vakantie, zegt de goede man.
De gekte over Pier van Hooidonk is nog steeds enorm hier Alhoewel hij toch allang uit Turkije verdwenen is.
De vrouw van de VVV-medewerker is in verwachting. In december komt de baby. De voornaam van de baby zal die van zijn vader of moeder zijn. De tweede naam zal ‘Hooijdonk’ zijn. Ik vroeg nog of het reëel was wat hij zei. Ik mocht zijn vrouw hierover bellen!!
Adana. Na wat rondgelopen te hebben stuiten we op de rivier de Seyhan Nehri. Daar stappen we vele kilometers mee op. Een mooie, brede rivier zonder scheepvaart. Dan brengen we een bezoek aan de Central Sabanci Moskee.
Om deze moskee liggen prachtige parken. Vele hectaren groot.
Ook komen we over de Stone Bridge, de oudste stenen brug die nog in gebruik is. Ruim 300 meter lang en 30 meter hoog.
‘s Avonds zullen we nog door het oude deel van Adana wandelen. Maar ik ga dit verslag nu beëindigen omdat Nico, die morgen weer naar huis reist, de verslagen van de afgelopen dagen meeneemt. Dit scheelt enorm in de tijd: per post doet kost het 7 dagen.
Vrijdag 26 september
Gisteren met Nico nog eens vastgesteld dat we 210 km samen hebben gewandeld. Verdeeld over 9 dagen. Gemiddeld dus 23 km per dag.
Vanmorgen afscheid genomen van Nico. Hij reist naar huis terug en ik ga per bus naar Iskenderun. Dit is richting Syrië. Van mijn reisbureau vernomen dat in Adana het enige vliegveld ligt voor mijn vlucht terug naar Istanbul. Maar ik wil toch zo ver mogelijk bij de grens met Syrië komen. Dus zal ik ook nog doorreizen naar Antalya. Van daaruit ongeveer 30 km naar het zuiden lopen zodat ik de grens met Syrië tot op 25 km zal hebben benaderd. Daarna weer naar het noorden tot aan Adana.
Dankwoord aan Nico.
Nico, ik heb het bijzonder op prijs gesteld dat je de afgelopen 11 dagen met me hebt willen reizen en wandelen. We hadden verrukkelijke dagen samen. We konden ellende maar ook vreugde samen delen. Samen overleggen. Ik heb veel van je geleerd. Ik denk aan de hygiëne onderweg, je opgewekte instelling en niet te vergeten het hartenjagen en het patiencen. We hebben afgesproken dat we samen de tocht binnenkort nog eens zullen evalueren.
Iskenderun. Het is stikkend heet als ik aankom. De twee eerste hotels die ik aandoe zijn wegens financiële redenen gestopt. De derde is raak. Leuk klein hotelletje voor 50 liras.
Ik ga er onmiddellijk op uit. Iskenderun ligt aan de Middellandse Zee. Prachtige boulevard. Naar het westen kijk ik over de zee met vele grote vrachtschepen die voor anker liggen, naar het oosten toe hoge bergen.
Aan zee. Dat betekent vis eten. Ik kom bij het restaurant om 18.45 uur en vertrek om 19.45 uur. Ik ben de enige klant. Daarna slenter ik wat over de boulevard en kom bij een groot multifunctioneel theehuis. Naast de thee kan je er ook eten en nescafé drinken, spelletjes doen, voetbal kijken. Fenerbahce speelt tegen Swässpor. Twee Turkse clubs. Ik moet er voor het kijken en de nescafé’s 5 liras voor betalen. Er zitten wel 100 mensen voetbal te kijken. Onder het voetbal door worden er kleine reclame-spotjes uitgezonden. Op het scherm 3/4 voetbal en 1/4 reclame.
Ik zit naast en Turk die in Australië werkt. Is hier op vakantie. Vindt dat er voor Pierre van Hooijdonk een standbeeld opgericht moet worden. Moet je nagaan. Van Hooijdonk speelde voor Fenerbahce dat in Istanbul speelt!!
Vlak bij me achter het hotel is een dienst bij de Moskee. De Moskee is tot de top gevuld maar ook in enkele straten eromheen staan en knielen honderden mensen. Schijnt iets met de ramadan te maken te hebben. De temperatuur is erg aantrekkelijk: 27 graden. Op mijn kamer brengt de airco voor mij 22 graden. Dat slaapt beter.
Zaterdag 27 september
Met mijn dikke darm en de diare is het (nog) (weer) niet in orde. Mijn huisarts gebeld. Zijn advies: haal medicijnen hier uit de apotheek. We spreken af dat we na de vakantie gaan kijken of we de oorzaak kunnen vinden. Het duurt veel te lang.
Vanmorgen met de Dolmus (kleine autobus) van Iskenderun -waar ik een hotel heb- naar Denizciler gegaan. Terug gelopen langs de zee. Om circa 13.00 uur komt er een geweldige bui langs met onweer en weerlicht. Een geweldige knal en geheel Iskenderun zit zonder stroom. Geen stoplichten meer en dus een nog grotere chaos. Door de enorme regenval, afgelopen nacht regende het ook al heftig, kan het water niet afgevoerd worden. De straten staan vol. Soms wel 20 cm. Er zijn gemeentewerkers bezig om het riool schoon te maken. Putjes openen en de rommel in een gemeenteauto!!
Overal hoor ik de nood-aggregaten. Maar de restaurants zijn dicht. Ik haal maar brood en appels om te overleven.
Tijdens de hoosbui krijg ik onderdak bij een Total benzinestation. Ik krijg koffie en thee. Turkse koffie wel te verstaan. Dit is erg sterke koffie waarbij vel water gedronken moet worden. In het restaurant-deel waar ik zit, wordt gerookt. Wat is dit vies!! Ook bij het hotel wordt gerookt bij het ontbijt!!
Bij het tanken worden de kentekens van de auto’s ingetoetst. Ik krijg er niet uit waar dit voor nodig is. Controle op …?
Nog even de stad in voor een kopje koffie. Er zijn om 21.30 uur nog winkels open. Dameskleding, telefoons, damesschoenen. Lekker om te shoppen. In de grote tent op de boulevard nog even naar voetbal gekeken. Er werd gerookt en 5 of 6 mannen rookten de waterpijp. Voor mij niet (meer) te harden.
Op de kamer nog even gelezen, drankje en hapje erbij. En op tijd weer naar bed met de airco aan want buiten is het 30 graden.
Zondag 28 september
Aangekomen in Antakya. De stad was eens een wereldstad (Antiochië). Na de Eerste Wereldoorlog behoorde Antakya met de provincie Hatay bij Syrië. Frans mandaatgebied. In 1939 kwam het weer bij Turkije. Syrië weigert dit nog steeds te erkennen.
De apostelen Petrus en Barrabas preekten voor christenen, joden en heidenen. Petrus werd de eerste bisschop van Antiochië.
Ik bezocht vanmiddag de natuurlijke grot, 13 bij 9 meter groot, ruim 7 meter hoog, van waarin werd gepreekt.
In de Handelingen van de Apostelen (hoofdstuk 11, 26) staat: “Hier in Antiochië werden de volgelingen voor het eerst christenen genoemd. In dit gebied, in deze kerk (ruimte) hebben Petrus en Paulus (van Sarrus) elkaar gesproken”. Het gaat te er om er nu over te schrijven maar ik vind het heerlijk om hier rond te kunnen neuzen.
Bij mijn aankomst in Antakya blijkt de VVV gesloten (zondag). Ik krijg van het hotel een boekje waar over dit onderwerp wat geschreven is. Ik moet heel wat zoeken voor ik de grot van Petrus heb gevonden. Het is er druk. Vel toeristen. Allemaal met de bus of auto. Lopend kostte het me 3 uur want de grot ligt helemaal buiten de stad. Daar liggen de rotsen waar de ruimte is uitgehakt. Er was/is ook nog een vluchtroute bij onheil.
Er is erg veel gevochten om de stad Antakya. In 300 vóór Christus gebouwd door en generaal van Alexander de Grote. Later waren er de Romeinen, Arabieren, Byzantijnen, Seldjoeken, Egyptenaren, Osmanen, Syriërs en nu dus Turken.
Maandag 29 september
Aangekomen bij de tourist information (VVV) van Antakya.
Ik praat even met omstanders en daar is een man op de fiets. Het blijkt de officer (zeg maar chef) van de VVV. Is ook leraar engels en werkt in de bazaar. Die is druk. Hij heeft geen sleutel bij zich maar belooft om 10.30 uur op het kantoor te zullen zijn. Hij is er ook echt en brengt o.a. een map voor mij mee van de provincie Hatay. In het geheim zegt/doet ie. De fooi valt erg goed.
Ik verbleef enkele dagen in Antakya en kwam regelmatig langs de VVV. Ik heb het kantoor geen enkele keer geopend gezien terwijl overal in de stad borden naar de VVV verwijzen.
Ik ben nog maar net vertrokken voor een lange wandeling of er komt een enorme onweersbui opzetten. Ik besluit om eerst maar eens een kapper op te zoeken. Geweldig wat een vakman. Hij knipt niet alleen goed maar verzorgt me. Hij steekt een klein stukje houtskool aan en verbrandt de kleine haartjes op oren en nek. Hij masseert handen, armen en mijn nek. Hij vergeet ook mijn haren op en in mijn neus niet. Hij werkt ruim een half uur aan me en vraagt 14 liras = € 7,– inclusief wassen.
Ik maak een wandeling om Antakya heen. Langs de rotsen en door de sloppenwijken. Wat een arrenmoede. Slechte wegbedekkingen of helmaal niet. Verkeerslichten zijn er nauwelijks en het stromende water uit de rotsen maakt alles tot een modderpoel. Antakya telt 200.000 inwoners. Het merendeel in de sloppenwijken.
Heb de Katolic Kilisesi (=de katholieke kerk) gezocht en gevonden. Een heel klein kerkje ingebouwd tussen woonhuizen en kleine straatjes.
Het geheel bestaat uit een binnenplaats met daaraan het kerkje en andere ruimten. Er wonen mensen in.
Het kerkje is echt rooms ingericht. Ik zag een altaar, het eeuwig brandende licht, het tabernakel, ikonen. Er worden nog diensten gehouden door (orthodoxe) christenen. Het kerkje is gebouwd in 1852 en onderhouden door franse priesters. Zij hadden toestemming van de sultan.
Dinsdag 30 september
Tijdens mijn vorige reizen door Griekenland en Turkije heb ik er regelmatig mijn verbazing over uitgesproken dat er zoveel rivieren waren die geheel droog waren. Grote waterwerken zonder water.
De afgelopen dagen heb ik begrepen hoe het zit. Er komt zoveel hemelwater omlaag en er zal nog erg veel komen zodat alles wat rivier heet erg hard nodig zal zijn. Nooit geweten dat het daar zo erg aan toe gaat. Het water valt met bakken uit de lucht. Urenlang. Tussen de buien is het dan heel eventjes droog.
Het vinden van slaapplekken bij particulieren is deze keer lastiger dan de vorige keer. [mei-juni 2008]. Dit komt doordat het ramadan is maar ook doordat de afstanden tussen de plaatsen steeds groter worden. Des te meer naar het oosten des te groter zijn de afstanden.
Ik heb wandelkaarten van 1 : 500.000. 1 cm op de kaart is in werkelijkheid 5 km. Dit betekent ook dat sommige kleinere plaatsen er wel zijn maar niet op de kaart staan. Voor mij onbekend dus.
Wanneer ik onderweg een lift vraag en vraag naar een slaapplek dan wordt ik bij een hotel afgezet en niet bij particulieren want dat kennen deze mensen helemaal niet.
Mij tactiek om een slaapplek te vinden via het theehuis gaat nu niet meer op. Ik kan nu niet meer de onschuld uithangen zo van “ik kan in dit dorp geen slaapplek vinden; wie wil mij helpen”.
Vandaag naar het St. Simeon Stilitisklooster geweest. 22 km zuidwestelijk van Antakya bij het heel kleine plaasje Aknehir Koyu. Heen met de Dolmus en een vriendelijke jonge Turk die mij 7 km bergopwaarts brengt. Terug gelopen. Simeon heeft er geleefd als christen en als asceet. Op het platform van een zuil. Simeon had een prachtig uitzicht op de lager gelegen bergen; op het mooie strand en de zee. Na Simeon is het een versterkt monniken klooster geweest. Thans is het een ruïne. De monniken sliepen in de rotsen uitgehouwen cellen. Stilitis betekent zuil.
Toen ik vanmorgen vertrok was het erg stil in de stad. Er waren geen mensen en de winkels waren dicht. Het was Suikerfeest. Het einde van de Ramadan. ‘s Middags trof ik honderden mensen aan in het prachtige park.
Woensdag 1 oktober
Vandaag de grens met Syrië bereikt. Met de Dolmus naar het grensplaatsje Yayladagi. Vandaar nog 5 km lopen. De grens is erg primitief. Ergens in nowhere staat de grensovergang. Een hek met twee poortjes met loket. Geen gebouwen. Het is daar heuvelachtig. Wanneer ik een visum gehad zou hebben dan kon ik gewoon doorlopen. Een hemelsbreed verschil met de grensovergang Griekenland-Turkije.
Het was erg druk aan deze kant van de grens. Veel mensen bepakt met tassen en grote zakken. Hevig pratend met en door elkaar.
Van de chauffeur van een Dolmus begreep ik dat er in Syrië grote inkopen zijn gedaan. Veel goedkoper dan ik Turkije. Niet alleen voor eigen gebruik maar ook voor de verkoop.
Er wordt nu met de chauffeurs van de Dolmussen, die ook volop aanwezig zijn, onderhandeld. De goedkoopste krijgt de klandizie. Gelijk de gehele bus vol.
De weg van Antakya naar Yayladagi is lang [ongeveer 60 km.] en eentonig. Op veel plaatsen uitgehouwen uit de rotsen. Verder is het heuvelachtig met onvruchtbare grond. Er liggen geen plaatsjes op de route.
Deze liggen [ver] van de hoofdweg af. Niet erg aantrekkelijk om deze weg te voet af te leggen.
Ik zit in Yayladagi mijn appeltje te eten. Komt er een Turkse jongeman naast me zitten. Studeert engels op de universiteit in Istanbul. Hij legde uit dat het vandaag Bayram is. Suikerfeest dus.
Zoals ook gisteren en morgen. 3 dagen feest bij het beëindigen van de ramadan.
In Antakya zijn de bedrijven en de winkels veelal gesloten.
Ik heb hier in de omgeving maar ook in Antakya en Yayladagi uitgekeken en gezocht naar wandelkaarten voor mijn tocht door Syrie en Jordanie. Niet te krijgen.
Menigeen vertelde me dat ik daarvoor in het betreffende land zou moeten zijn.
Maar ja ik mocht de grens nog niet over. Bovendien geloof ik er niks van.
Ook in Turkije heb ik vaak uitgekeken naar goede wandelkaarten maar ze waren er gewoon niet. Of….. ze zijn er wel hoor maar je moet de weg weten. Ik ben er in elk geval nog niet achter.
Donderdag 2 oktober
In Antakya zijn grote mooie parken. Vanmorgen heb ik er eens een bezocht. Direct bij het begin van het park zit een grote oude aap zijn kunsten te vertonen in een kooi. Hij krijgt veel belangstelling; ook van ouderen. Verder vogels, eenden, enkele zwanen. Dan veel terrasjes, waterpartijen etc. Ook veel trimparken met veel apparatuur. Blijkbaar is er in heel midden Turkije subsidie utgetrokken voor dit gebeuren. Ze zijn nog erg nieuw.
Ik vind het vermakelijk als een [dikke] oudere vrouw van zeg 60 jaar met hoofddoek om, aan het wiebelen is. Haar man houdt haar hand vast.!!
Het is zo langzamerhand tijd om de terugreis op te pakken. Vandaag ga ik met de bus van Antakya naar Iskenderun. Iskenderun heeft een kilometers lange boulevard langs de middellandse zee. Ik maak er een wandeling langs van 3 uren. Verder veel Sudoku, puzzelen en lezen om de tijd te doden.
Ik hoor van mijn familie dat het in Nederland erg naar weer is. Erg koud en nat. Ik geniet nog even van het weer hier. 30 graden en een lichte bries. We wonen wat dat betreft toch echt in een verkeerd land.
Het warme eten ’s avonds blijft toch steeds een probleem. Ik kan eigenlijk maar sporadisch lekker eten in een gewoon restaurantje. Vanavond nam ik soep en een kippenvlerk. Alles wordt ineens, in een keer gebracht. Dus die kip staat koud te worden als ik mij soep eet. Voortaan zal ik eerst soep bestellen en als het op is dan de hoofdmaaltijd.
De groente, salata, is niks. Als ik niks aangeef dan wordt er een grote hoeveelheid olie en vettigheid over gegooid. Zeg ik “geen olie” dan is het niet te pruimen. Een middenweg schijnt niet mogelijk.
Het best is om te eten in het restaurant waarin ik verblijf. Maar…. hotels hebben zelden een restaurant beschikbaar.
Het voetballen is hier goed geregeld. Gewoon wedstrijden uitzenden op de nationale zender. Voor iedereen toegankelijk en geen extra kosten. Er worden wekelijks 4 wedstrijden integraal uitgezonden. Donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag. Onze bobo’s moeten hier maar eens gaan kijken.
Vrijdag 3 oktober
In de gidsen staat overal vermeld dat Iskenderun bekend is om haar mooie stranden. Ik wilde dat wel eens zien en besloot naar het zuiden te lopen want zo staat dat op de kaart. Ik heb 10 kilometer afgelegd maar geen zandstrand gezien. Ik ben maar omgedraaid.
Het was erg heet vandaag. 35 graden in de zon. Het is nu 23.00 uur en de temperatuur is buiten 28 graden zo lees ik op het uithangbord.
In Iskenderun zijn veel militaire kampen. Ze zijn zwaar bewaakt. De wachten lopen de wacht met getrokken geweren. Regelmatig heb ik militairen gezien die groepjes jongeren aanspraken op hun gedrag. Voor zover ik het kan zien zijn ze een verlengstuk van de politie. In de wijk waarin mijn hotel staat telde ik er al 5.
‘s Middags met de bus van Iskenderun naar Adana. Dat openbaar vervoer hier in Turkije is uitstekend en goedkoop geregeld. De nationale bussen rijden rechtstreeks van Otogar naar Otogar. De Dolmussen brengen je nagenoeg naar elk dorp hoe klein die ook is. Het treinverkeer stelt nauwelijks wat voor.
Zaterdag 4 oktober
Ik ben in Adana aangekomen in afwachting van mijn thuisreis morgen. Eerst van Adana naar Istanbul en vervolgens naar Amsterdam. Adana is een grote stad en heeft 3 miljoen inwoners. De derde in grootte na Istanbu en Izmir. De stad kan in tweeën gesplitst worden. Het zuidelijke deel is nieuw en rijk. Het noordelijke deel oud en pover tot arm.
Ook de rivier de Seyhan, die van zuid naar noord loopt is in het zuiden mooi, groot en goed onderhouden. In het midden van de stad staat een grote waterkering. Die houdt het water op het nivo van de Middelandse Zee want daar komt de rivier vandaan. Na de waterkering ligt het niveau 3 meter lager en wordt de rivier een riool.
Het park dat in het zuiden naast de Seyhan ligt is een oase voor jong en oud. Speeltuinen, vissen, schieten met de roos op het water, restaurantjes op alle niveau’s. Prachtige rotspartijen met allerlei soorten bloemen en planten. Een klein radar bootje haalt het wier, de algen op. Ben op pad geweest voor een [wandel]kaart van Syrië en een Nederlandse krant.
Je zou toch denken dat Adana een wereldstad is. Noch een kaart noch een krant gevonden.
Zondag 5 oktober
Ik ben op het ogenblik op het vliegveld van Istanbul. Ik moet wachten op het vliegtuig naar Amsterdam: minstens 2 uur vertraagd. Ik heb nu de tijd om mijn reis van de afgelopen 3 weken te evalueren. Het is voor mij een heel bijzondere reis geworden. Er hebben zich 3 zaken voorgedaan waar ik niet op gerekend had.
De ramadan werd gevierd. De ramadan is vooral een familieaangelegenheid met het Suikerfeest op het einde. Overdag wordt er niet gegeten en gedronken. ‘s Avonds wordt er gezamenlijk gegeten en daar past geen wandelaar tussen. Ik ben dus ook niet genodigd voor het eten en slapen. Het echte contact met Turkse mensen heb ik deze keer erg gemist.
Dan de afstanden tussen de dorpen. Die was soms zo groot dat het niet te belopen was. Vooral van Konia naar Silifke en van Adana naar de grens met Syrië. Ik heb dus in verhouding vaker gebruik moeten maken van de bus en lift.
Het was daar een onaangenaam landschap en niet leuk om er te lopen. Kilometers lang zag ik er geen levende wezens.
En dan het lichamelijk ongemak. Ik bleef last houden van druk op de dikke darm. Heb ik overgehouden van de reis in mei-juni jongstleden. Daarnaast kwam ook de diaree weer opzetten. Wellicht hebben beide zaken met elkaar te maken.
Ik had wel medicijnen bij me maar het bleef aan me knagen. Ik ken de oorzaak [nog] niet en zolang blijft het toch een onzekere zaak zeker wanneer er zo’n grote lichamelijke prestatie geleverd moet worden..
Maar het was niet allemaal ellende hoor. De grens met Syrië heb ik gehaald. Het was mijn doel. Verder was het prachtig weer. Elke dag weer zo rond de 30 graden met een fijne lichte bries. Ook van het wandelen heb ik genoten. Vele kilometers langs de Middellandse Zee gelopen. Prachtige dagen waren dat.
En natuurlijk mag ik ook niet de historische grond vergeten waar Jezus, de apostelen maar ook Paulus van Sarsus hebben gewerkt, gewoond en gepredikt.
Tot volgend jaar.
Ik wil dan proberen om over Syrië en Jordanië Jeruzalem te bereiken.